Om en rond: een semantische vergelijking

This paper compares the semantics of two closely related words in Dutch, om and rond, that both correspond to English round. Building on earlier studies of the English word, a map of meanings is constructed on which om and rond define their specific territories. The notion of path plays an important role in these meanings. The two semantic territories of om and rond are shown to be convex, nearly disjoint and oriented in opposite directions of the map. De voorzetsels van het Nederlands vormen in vergelijking met de naamwoorden en werkwoorden een kleine klasse. We zouden daarom verwachten dat de voorzetsels, om efficient gebruik te maken van de beperkte lexicale middelen, allemaal hun eigen semantische territoria hebben, duidelijk van elkaar afgebakend. Dat lijkt niet altijd zo te zijn. Er zijn voorzetsels die elkaar op het eerste gezicht niet veel ontlopen in betekenis, en misschien het treffendste voorbeeld daarvan zijn om en rond. Soms lijken die twee woorden inwisselbaar: